Search button

Bezoek van de GGD bij Pumpulunchi

Onverwacht bezoek bij Kinderdagverblijf Pumpulunchi!
BEVINDINGEN GGD 20-4-2015
Kenmerkend voor het kindercentrum zijn de kleinschaligheid, de mogelijkheid om flexibele opvang af te nemen en de openheid voor kinderen van verschillende culturele
achtergronden. Tijdens de observatie blijkt het pedagogisch klimaat van een hoge kwaliteit te zijn. Doordat de kinderen in één groep worden opgevangen door vaste mensen is er sprake van een zeer stabiele omgeving, voor de kinderen. Daarnaast is er veel aandacht voor de ontwikkeling van de persoonlijke en sociale competentie kinderen en de regels en afspraken zijn duidelijk en worden consequent nageleefd.
Pedagogische praktiik
Tijdens de inspectie heeft op maandagmiddag 20-04-2015 een observatie van de pedagogische praktijk plaatsgevonden op de samengestelde dagopvang/bso-groep.
Er is geconstateerd dat in de praktijk wordt gehandeld volgens het pedagogisch beleidsplan (inclusief het beleid vierogen principe).
Ook wordt voldaan aan de vier basisdoelen die in de inleiding worden genoemd. Hieronder volgen enkele voorbeelden per basisdoel ter illustratie.
Tijdens de observaties van de pedagogische praktijk is gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk (januari 2015). Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Na de cursieve beschrijving uit het veldinstrument volgt een voorbeeld uit de waargenomen praktijk.
Emotionele veiligheid – –
‘De beroepskrachten reageren op een warme en ondersteunende manier op kinderen. Zij gaan op een ongedwongen manier om met de kinderen. De beroepskrachten sluiten op een passende wijze aan op de interesse en emotie die individuele kinderen aangeven. Kinderen delen hun ervaringen en emoties graag met de beroepskrachten.’
bservatie
• De kinderen en de beroepskrachten zijn duidelijk vertrouwt met elkaar, noemen elkaar bij
naam en de kinderen komen uit zichzelf naar de beroepskrachten toe om iets te vragen.
• De beroepskrachten zijn beiden rustig aanwezig en benaderen de kinderen op een rustige
manier. Zij spreken op een warme, positieve manier tegen de kinderen. Ook als ze kinderen corrigeren of iets uitleggen, spreken ze op rustige, vriendelijke toon.
• De beroepskrachten reageren op signalen van de kinderen, bijvoorbeeld-
0 Een kind begint te huilen, terwijl de beroepskracht met een baby bezig is. De
beroepskracht zegt: “Ik kom er zo aan. Heb je je pijn gedaan?” Ze houdt oogcontact met het-kind en als ze klaar is met de baby, komt ze meteen naar het kind toe en troost het.
o Een baby kruip op de grond, komt vast te zitten onder een stoel en begint te
huilen. De beroepskracht komt naar hem toe en vraagt: “Wat is er? Zit je vast? Kom maar eens hieri” en ze neemt de baby op de arm en knuffelt hem.
• De beroepskrachten zitten bij de kinderen op de grond of aan tafel. De baby zit erbij op de
arm van de beroepskracht. Er worden gezellige gesprekjes gevoerd, waarbij beiden inbreng hebben. Ze hebben veel aandacht voor de kinderen.
• De kinderen genieten zichtbaar van de dingen die gebeuren, bijvoorbeeld:
o Als de beroepskracht kralen neerzet op tafel komen een paar kinderen huppelend
naar haar toe, ze stralen vreugde uit
o Als de beroepskracht aangeeft dat ze zo naar buiten gaan, gaan een paar kinderen
stralend hun jas vast halen in het voorportaal;
o Een paar kinderen zijn geconcentreerd aan het kleien, ze worden niet gestoord door
het drukke spel van een paar andere kinderen.